‘Griepprik’ voor tomaat

Kun je een plant ook inenten tegen ziekten?
Cross protection (kruisbescherming) is een bekend mechanisme in de plantenvirolgie.  Bij cross protection bescherm je planten tegen een schadelijk virus door ze ‘in te enten’ met een nauw verwant, niet agressief virus. Deze bijzondere vorm van vaccinatie is 70 jaar geleden ontdekt door de Nederlandse professor Thung. Maar planten hebben toch geen immuunsysteem zoals mensen? Hoe kan dat dan?


Hoe werkt cross protection?
Het werkingsmechanisme van cross protection is ondanks uitgebreid onderzoek nog steeds niet helemaal duidelijk. Er zijn wel verschillende theorieën over:
1. RNA
Bij de vermeerdering van het eerste (zwakke) virus ontstaat een grote hoeveelheid +strengs RNA in de plantencellen. Dit RNA is complementair aan het oorspronkelijke virus RNA ( -strengs RNA). Zodra het (-strengs) RNA van een tweede (agresiever) virus in de cel vrijkomt, wordt dit direct vastgelegd aan één van de vele complementaire +strengs RNA moleculen.
2. Manteleiwit
Bij de vermeerdering van het eerste (zwakke) virus ontstaat een grote hoeveelheid manteleiwit (coat protein). Wanneer een tweede (agresiever) virus de cel binnendringt, wordt de ontmanteling van het virus en dus ook de vermeerdering bemoeilijkt door de grote hoeveelheid manteleiwit die al aanwezig is in de cel.


Cross protection in de praktijk

Deze tomaten zijn ziek. De vreemde verkleuringen worden veroorzaakt door een plantenvirus, het pepinomozaiekvirus (PepMV). Door tomatenplanten in te enten, kun je dit voorkomen. Copyright: NVWA.

Hoewel de virologen nog niet uit zijn over het exacte werkingsmechanisme, wordt cross protection ondertussen al tientallen jaren in de praktijk toegepast. Het is een heel natuurlijke en milieuvriendelijke methode om planten te beschermen tegen schadelijke plantenvirussen. Een belangrijke toepassing tegenwoordig is het vaccin tegen pepinomozaiekvirus (PepMV) in de tomatenteelt.


Vaccinatie tegen Pepino in de tomatenteelt

Pepinomozaiekvirus (PepMV) is een besmettelijk plantenvirus dat in de tomatenteelt zorgt voor opbrengstverlies en voor tomaten met vreemde verkleuringen. Door jonge planten te vaccineren met een niet-agressieve variant van PepMV, komt het virus al in de plant vóórdat de bloemaanleg en dus de vruchtvorming op gang komt. Dit betekent dat de primaire shockfase, waarin het virus vruchtsymptomen geeft, al voorbij is op het moment dat er vruchten worden gevormd. En als er later een agressief PepMV langskomt, is de plant beter beschermd tegen een infectie. Het vaccin biedt nooit 100% garantie, maar het zorgt wel in veel tomatenplanten voor bescherming.